Wat was er veel te zien

Dinsdag 5 oktober hebben we eerst wat uitgeslapen daarna wat gegeten en toen de wandelschoenen aangedaan. We hebben wel zoveel gezien aan kerken, beelden, parken, winkels, terrasjes maar wat ook heel apart is zijn de bogen in alle straten en dit is tevens overdekt wat je beschermt tegen de zon of regen.

Om 16.15 uur hadden ze een ticket om een toren te beklommen van de two towers. De twee gigantische torens van Torre degli Asinelli zijn hét symbool van de stad Bologna en één van de bekendste bezienswaardigheden van Bologna. De blikvangers van net geen 100 meter hoog (97.6m) zijn op grote afstand te zien. Het leuke aan de torens, los van het feit dat ze een beetje scheef staan, is dat je één van torens via de 498 traptreden kunt beklimmen. Aan de top van de toren heb je bij mooi weer een prachtig uitzicht over de stad met op de achtergrond bergen die de stad bijna helemaal omringen. Onderweg naar boven kom je verschillende plateaus tegen waar je even een pauze kunt nemen en alvast naar buiten kunt spieken

Daarna hebben wij de auto gepakt want het was al laat om toch nog even naar San Luca te rijden en te gaan kijken. Maar eigenlijk lopen veel mensen dit want  over een afstand van vier kilometer kronkelt de langste portico ter wereld door de stad en over de heuvels, om te eindigen bij het heiligdom van San Luca. Het zijn maar liefst 666 bogen. De ronde rode kerk met haar groene koepel is gebouwd in de achttiende eeuw. Maar sinds de twaalfde eeuw is deze heuvel al een religieuze plaats, waar een kapelletje waakte over een Madonna-beeld uit Constantinopel. In 1674 startte de bouw van de langste portico ter wereld, die de heilige Madonna begeleidt wanneer het beeld elk jaar ‘afdaalt’ naar de Cattedrale Maggiore di San Pietro in het hart van het historisch centrum.
Daarna zijn we terug gereden en de auto weer weggezet en zijn we gaan eten.